De afgelopen keer heb ik (Martijn Spithoven) iets verteld over het combineren van batje/bal en de speedladder. Nu wil ik jullie weer graag iets meegeven dat je goed kunt gebruiken als de groep groter is dan het aantal tafels. Ditmaal in de vorm van verschillende wedstrijdvormen.
Er zijn enorm veel mogelijkheden om leuke wedstrijdvormen te organiseren, ook als de groep groot is en er maar weinig tafels zijn. Een daarvan is het spel de koningen en koninginnen tegen de boeren en boerinnen. Zelf heb ik met deze wedstrijdvorm kennisgemaakt tijdens het NTTB jeugdkamp dankzij Sven Groot. De koningen en koninginnen staan aan de ene kant van de tafels opgesteld. Aan de andere kant staan de boeren en boerinnen in rijtjes te wachten om een punt te spelen tegen een van de koningen of koninginnen. Als de boer of boerin wint, dan neemt hij/zij de plek in van de koning of koningin. Als de boer/boerin verliest, dan sluit hij/zij aan in een ander rijtje. Na een bepaalde tijd stopt het spel en dan hebben de kinderen die op dat moment koning of koningin zijn gewonnen. Een erg leuk spel waar je steeds snel aan de beurt komt en waarbij elk punt telt.
Een andere wedstrijdvorm die veel trainers zullen kennen is dat iedereen zeven levens krijgt. Elke keer als de tegenstander een punt maakt, gaat er een leven af. Als je geen levens meer hebt, dan sluit je achteraan in de rij bij de spelers/speelsters die staan te wachten en dan komt de voorste uit de rij in de plaats van de persoon die geen levens meer heeft. De speler die blijft staan speelt door met de levens die hij/zij over heeft uit de vorige wedstrijd. De speler/speelster die de meeste tegenstanders in één beurt weet te verslaan heeft het spel gewonnen. Nadeel van deze wedstrijdvorm is dat de eerste ronde een aantal kinderen lang moeten wachten, maar daarna gaat het wisselen wel erg snel.
De derde wedstrijdvorm die ik wil behandelen is een variatie op de bekende keizertafel of winnaars/verliezerstafel. De kinderen spelen een wedstrijd tegen elkaar en de kinderen die over zijn wachten in een rijtje bij de verliezerstafel. Wanneer een ronde stop wordt gezet, bijvoorbeeld na één minuut, schuiven de winnaars één plekje op en de verliezers blijven staan. De voorste uit de rij van kin deren die aan het wachten zijn, schuift in op de vrije plek. Het kind dat bij de winnaarstafel wint, heeft één punt en sluit achteraan in de rij. Het kind dat op het einde de meeste punten heeft gehaald, heeft gewonnen.
De vierde en laatste wedstrijdvorm die ik wil behandelen is een vorm die ik zelf als speler heb gespeeld onder leiding van Theo Rieken. Er worden twee teams gemaakt. Het team bepaalt zelf de opstelling. De nummers één beginnen tegen elkaar. Elke speler heeft drie levens. Wanneer de speler/speelster al zijn levens kwijt is, komt de tweede speler/speelster erin. De speler/speelster van de andere partij behoudt de levens die hij/zij nog over heeft. Er wordt net zolang doorgespeeld, totdat een van de teams geen spelers/speelsters meer over heeft. Een erg goede wedstrijdvorm om het mentale aspect te trainen. Zeker goed om tijdens de training te gebruiken als spelers het bijvoorbeeld spannend vinden om voor publiek te spelen. Deze vorm heb ik regelmatig gebruikt in de voorbereidingen voor de internationale toernooien en in combinatie met deze wedstrijdvorm heb ik ook de aandachtscirkels van Eberspächer behandeld.
Natuurlijk kan er voor bovenstaande wedstrijdvormen uitgebreid gevarieerd worden in puntentelling, tijd en andere regels. Hopelijk heb ik jullie weten te prikkelen om met deze wedstrijdvormen aan de slag te gaan en eventueel verder te experimenteren met deze of andere vormen. De volgende keer weer een tip, alleen dan een heel ander thema.